Verhaal van een moeder van de bruid.
Elke dag ging ik goed in de kleren, warm en tot mijn neus bedekt op mijn scooter naar mijn college.
Hartstikke koud, en soms tot op het bot verkleumd kwam ik aan en kreeg nauwelijks mijn jas meer open.
Mijn vingers wilden niet meer en mijn tenen lagen zowat los in mijn schoenen.
Op een van die koude dagen, met een bevroren neus, stopte ik bij een benzinestation.
Daar stond een andere jongen dan normaal.
De blonde was er niet en nu stond er een donker type, lang en slank, met een grote versleten overall de auto’s vol te tanken en de ramen te wassen.
Hij merkte mij niet op.
Ik nam mij voor om steeds 1 litertje te tanken en koffie te nemen om allereerst warm te worden en ten tweede om eens te proberen een praatje te maken.
Ik zag wel hoe de andere jongens van de pomp over me stonden te praten en wat stonden te lachen en te flirten.
De keer daarop kwam de blonde jongen naar me toe, die vond ik echt niks, en vroeg of ik met hem uit wilde.
Nee dus!
Ik legde hem uit dat ik daar geen tijd en zin in had, en dat ik, als ik tijd ZOU hebben wel met die lange donkere daar wilde.
Ik wees naar de lange slanke donkere maar die keek niet op.
Jammer dan.
Een andere keer dan maar.
En ja, een week later stond hij vlak bij een klant te helpen.
Ik deed heel lang over mijn litertje mengsel en probeerde zijn aandacht te trekken.
En het lukte, hij kwam naar me toe en knipoogde: “Zal ik helpen met betalen?”
“Nou, dat niet, maar wil je met me trouwen”…… rolde er bij me uit.
Ik stond met een rood hoofd, en geneerde me kapot.
Hoe kwam ik er hemelsnaam bij?
Ik wist niets van hem, en een pompbediende….!
Dat had ik toch niet voor ogen als echtgenoot, in mijn heimelijke gedachten.
“Nou, ik heb aan gedacht hoor”, zei hij, en wees naar zijn borst, en maakte met zijn hand een kloppende beweging,” en trouwen wil ik wel!”
Hij begon meteen zijn overall uit te trekken en zei: “Ik ga met je mee!”
Tja, wat nu? Dat was een rare situatie!
Naar mijn huis dan maar,
en ik vroeg of hij bij mij thuis koffie wilde drinken.
Mijn moeder was thuis en ik zei in de deuropening:
“Hij wil met me trouwen, heb je koffie?”
Ze had ogen als schoteltjes, maar zei verder niets, maakte koffie en bleef erbij zitten.
Ik wist niets te zeggen en gooide een kussen naar hem toe:” Dan zit je lekkerder”, en,
“Wat zullen we gaan doen?”
“Ga maar haringen voor de lunch halen” zei mijn moeder,” dan heb je wat om handen.”
Ik werd er zenuwachtig van.
Samen knus, op mijn scooter, mijn handen om zijn middel, mijn hoofd tegen zijn schouder, reden we naar Scheveningen.
Daar zouden de beste haringen zijn, de lekkerste en de malste.
Maar hij koerste naar de duinen van het stille strand!
Het was er ontzettend koud en er waaide een gure wind.
Krakend stapte ik af, alles deed zeer en liep strompelend achter de voortvarende figuur aan voor mij.
“Waar wou je haringen halen?” Zei ik.
“Niks geen haringen, kom hier jij,”
En hij kuste me met zo’n warme mond voluit dat ik letterlijk en figuurlijk smolt.
Ik hing een beetje te hangen in zijn armen en besloot dat hij lekker smaakte, en vooral goed voelde.
“Je kan aardig zoenen voor een pompbediende,” ik wou nog steeds het fijne weten, want een echte pompbediende vond ik hem niet..
“Joh, ik studeer en doe dit er even bij voor de broodnodige pecunia, en je komt nog eens leuke meiden tegen nietwaar!”
Dat was nou een mee en een tegenvaller!
Studeren ja! Dat is prima, iemand tenminste van mijn eigen niveau, maar andere meisjes, nou nee, daar heb ik geen zin in.
We vonden een ondiepe kuil en zoenden en vrijden tot mijn oren en neus vuurrood waren.
“Ik meen het” zei hij, “Ik trouw met je wanneer je maar wil..” de haringen was ik allang vergeten, en toen we ’s middags tegen het donker worden thuis kwamen vond ik een woedende moeder.
“We zijn verloofd” zei hij kalm,”en morgen kom ik je halen om 8 uur.”
Bij de deur vroeg ik: “Hoe heet je eigenlijk?”
Enfin, we zijn een jaar later getrouwd, en ik ben heel gelukkig, maar zelden ben ik zo ingepakt als toen, 40 jaar geleden!